Veel gestelde vragen:
- Water tijdens het zagen →
- Bandgeleiderolsteunen →
- Snijd tussenlaag →
- Vouwzaagband →
- Voorkom golfslag →
- Winter checklist →
- Harsbonen en hun effecten →
- Vorstbescherming voor zagerijen →
- Hydraulica in de winter →
- Zaagopstelling →
- Juiste bandspanning →
- Vermijden van bandscheuren →
- Zagen van te lange en te stevige stammen →
- Rip dunne stammen →
- Zagen van gespannen hout →
Wat is de beste manier om afstandhouders te zagen?
Wie hout zaagt, moet het ook opstapelen, en daarvoor zijn tussenplanken als afstandhouders nodig. Meestal zijn meterstukken hout van ongeveer 25 mm x 25 mm voldoende.
Het makkelijkste is om na een dag zagen een deel van de schaaldelen, die meestal smal zijn of smal uitlopen, op de zaag te leggen (de goede kant altijd naar beneden). Maak dan bijv. elke 25 mm een zaagsnede in de respectieve plankdikte om vierkante latten te maken.
Dit zullen vaak schaaldelen zijn met nog schors eraan. Die worden dan op de goede lengte van 1 m gezaagd. Dit is een prima manier om van planken van slechte kwaliteit bruikbare stapelplanken te maken. Helaas is het tijdrovend en niet praktisch, vooral in loonbedrijven waarbij stapelplanken nodig zijn voordat er voldoende schaaldelen zijn.
Er is een effectievere methode. Kies eerst een stam van voldoende dikte en lage kwaliteit. Een lengte van 3 m is praktisch. Dit hout wordt vierkant gezaagd en vervolgens tot planken van 25mm. Nadat deze met de smalle kant naar boven zijn geplaatst en zo ver mogelijk naar beneden zijn geklemd, wordt met de kettingzaag om de 100 cm een verticale zaagsnede gemaakt, zo diep mogelijk zonder volledig door te zagen.
Nu wordt er van bovenaf elke 25 mm een zaagsnede gemaakt en bij elke zaagsnede heeft de zager, afhankelijk van het aantal planken, kant-en-klare afstandhouders. Alleen de latten van de laatste sneden moeten achteraf nog worden gescheiden.